|
||||||||
Er zijn niet veel van die momenten, maar de voorbije weken heb ik het toch bijzonder spijtig gevonden, dat ik het Hongaars niet machtig ben en dat heeft alles te maken met het hier verschijnen van deze prachtig uitgegeven CD. Ik heb die nu een achttal keren gehoord en telkens weer ben ik onder de indruk van wat ik hoor, al begrijp ik geen jota van wat er gezongen wordt. Ik doe toch een poging om te omschrijven wat dat is, of, wat het in mijn verbeelding zou kunnen zijn. Centraal op de plaat staan de stemmen van drie zangeressen: Sara Nina Horváth, Melinda Balogh en Lili Kaszai die -zo voel ik het toch aan- de hoofdrollen spelen in een muzikaal theaterstuk dt, in vertaling, “roddelende vrouwen” heet. Ik stel me de drie dames voor, zittend op een bank onder een grote boom midden op het dorpsplein. Ze geven commentaar op alles wat ze zien en larderen hun commentaren met al dan niet verzonnen verhalen, kinderliedjes en aftelrijmpjes, waarvan een flink aantal op muziek gezet zijn door Sándor Csoóri Jr. de zoon van een alhier zo goed als onbekende maar veelgelauwerde dichter die door het communistische regime van zijn land niet gespaard werd, maar desondanks trouw aan zijn afkomt, het boeren- en buitenleven bleef beschrijven. Ik stel me voor dat de drie vrouwen tot doel hadden een muzikale theatervoorstelling te maken rond die teksten:die zijn opgedeeld volgens de vier seizoenen en onderverdeeld worden in “ochtendverhalen”, “roddels” “n “verhalen van elders” en net zo goed over de dauwdruppels op het gras kunnen gaan als over de rode kleur van de zonsopgang, een bruiloft of het feest bij het binnenhalen van de oogst. Ergens vond ik de verwijzing naar “muzikaal improvisatietheater” en daar kan ik me wel iets bij voorstellen: op de plaat wordt erg knap gemusiceerd door een achttal mij onbekende muzikanten, die nochtans duidelijk de Hongaarse volksmuziek onder de knie hebben. Daarnaast -en dat leid ik af uit de manier waarop de plaat is uitgegeven- denk ik dat de dames weleens van hun podium af durven te komen en het publiek durven te betrekken bij hun voorstelling. Daartoe lijken mij de figurenkaartjes bedoeld te zijn, die met de plaat meegeleverd worden en die, samen met het ook al voorhanden zijnde tekstenboekje, de perfecte handleiding vormen om een maximum uit de voorstelling te halen. Wij kennen het gegeven van een “programmaboekje” bij een (amateur)toneelvoorstelling of een concert van de lokale brassband immers ook. Wat er ook van zij -en het is perfect mogelijk dat ik hier de bal compleet missla en dat het allemaal handelt over totaal andere dingen dan ik denk, dit is een bijzonder intrigerende plaat van een gezelschap dat ik totaal niet ken, maar waarvan ik me, de eerste keer dat ze onze richting uit komen, perfect de naam zal herinneren: iets zegt me dat je dit live moet zien mee te maken. Ik hou het le voor gezegd! (Dani Heyvaert)
|
||||||||
|
||||||||